TOP_N

DEN HERE HEILIG  
 

Heiligmaking
A. Roeping tot heiliging

Boek blz. 164

<<<<<<<    MENU DEEL 3    >>>>>>>

 
 

Den HERE heilig

 

Te bestuderen teksten:

0

’’Ook zult ge een plaat van louter goud maken en daarop graveren als zegelgraveerwerk:’ Den Here heilig... ’Zij zal op het voorhoofd van Aäron zijn, en Aäron zal de schuld dragen, gelegen in de heilige dingen, die de Israëlieten heiligen bij al de gaven van hun heilige dingen; ja, zij zal voortdurend op zijn voorhoofd wezen,zodat zij welgevallig zijn voor het Aangezicht des Heren.’’

 

Ex. 28:36-38

 

Dit gold voor de Hogepriester! Niet voor de gewone priesters.
De hogepriester typeert Jezus en als zodanig ligt hierin een geweldige troost. In deze typologie van de hogepriester ligt veel bemoedigends en we willen hiervoor onze ogen vestigen op Jezus, onze Hogepriester.

   
 

Nu is daar machtig veel te zeggen over de hogepriesterlijke bediening en zeker ook over de gehele tabernakeldienst, omdat in dit alles de verlossingsweg door Christus wordt verkondigd.
Elk deel heeft wel een bijzondere betekenis, maar voor ons onderwerp willen we er één ding uitlichten en wel
de hogepriesterlijke tulband met de gouden plaat.

   
 

Nu is het zo, dat de hele tabernakeldienst in het bijzonder de heiligheid van God benadrukt en laat zien, dat er een onmetelijke kloof is tussen de heiligheid van God en de zonde van de mens.
In alles klinkt ons tegen, dat deze kloof louter en alleen is te overbruggen door een priesterlijke bediening en wel in het bijzonder van de hogepriester. De priester, die optreedt als middelaar tussen de mens en God en de zonden bedekt door het offer.

   
 

Dit waren schaduwbeelden, maar de werkelijkheid in de onzienlijke wereld gaat nog aanzienlijk verder.
Om de zonde in al haar verschrikking werkelijk te kunnen verzoenen was er een goddelijk volmaakte hogepriester nodig en een goddelijk volmaakt offer, beladen met de totaliteit van de zonden der mensen om de kloof tussen God en mensen te kunnen overbruggen.

   
 

Ik denk, dat wij niet half beseffen hoe groot de kloof is tussen God en de zonde. We zijn zó vertrouwd met de gedachte, dat Jezus voor ons aan het kruis is gegaan en dat we zo tot de Vader kunnen gaan, dat we vaak niet beseffen, dat de afstand tussen de heilige God en onze onheilige natuur zó groot is, dat het eigenlijk helemaal niet kan!
Deze afstand kan slechts opgeheven worden door een ongelooflijk wonder, daar we anders verteerd zouden worden.
Buiten Jezus om kan God helemaal niet benaderd worden!

   
 

Hoewel we dit wel weten, kunnen we hier niet genoeg van doordrongen zijn, zodat onze vrijmoedigheid niet verandert in vrijpostigheid!

   
 
 
 

<<<<<<<    MENU ONDERWERPEN    >>>>>>>